Moet iedereen begrijpen wat je schrijft?
Corona-gerelateerde onderwerpen gaan iedereen aan, dus moeten de media die toegankelijk maken voor iedereen, inclusief laaggeletterden, mensen die de basisschool nooit hebben afgemaakt en inwoners van Nederland die het Nederlands niet beheersen. Denk alleen al aan de verwarring (in het begin) over de ‘positieve uitslag’ van een test.
Leestijd amper 5 minuten
Onbegrijpelijke taal
Japke-d. Bouma heeft er zichtbaar plezier in om onbegrijpelijke taal op de hak te nemen. Vaak is dat grappig. Vooral vaktaal kan heel onbegrijpelijk zijn voor buitenstaanders.
Organisatieadviseurs hebben er een handje van om met wollige termen net niets te zeggen, om zo hun opdrachtgever tevreden te stellen en zichzelf niet klem te lullen. Ook beleidsambtenaren hebben de impliciete opdracht om met vaag taalgebruik namens hun bewindspersoon antwoord te geven op kamervragen die bevredigend lijken maar geen beloftes bevatten. Ik heb beide functies vervuld dus ik kan het weten. Japke-d stelt die wolligheid aan de kaak. Terecht, want de doelgroep moet het wel begrijpen.
Toch heeft vakjargon wel degelijk bestaansrecht. Niet iedereen hoeft altijd alles te begrijpen.
Voorkennis om het te begrijpen
Want vergis je niet, als iemand uit 2019 onvoorbereid een persconferentie zou zien, zou die ook niet alles kunnen volgen. Waar denk jij aan bij de woorden ‘persconferentie’, ‘testen’ en ‘wappie’? En waar dacht je aan bij die woorden in 2019?
Vrijwel elke boodschap gaat uit van enige voorkennis. Zo legt het achtuurjournaal niet meer uit dat Sudan in Afrika ligt of dat Diederik Gommers lid van het OMT is, maar het jeugdjournaal doet dat wel. Ander publiek, andere veronderstelde(!) voorkennis – ik ken volwassenen die liever naar het jeugdjournaal kijken.
Vakgenoten
Dit zijn allemaal onderwerpen die iedereen aangaan, en waarbij de boodschapper dus vaktaal dient te vermijden en als het echt niet anders kan moet uitleggen. Maar dat geldt niet voor elke boodschap.
Ja, vaktaal sluit mensen uit. Maar vaktaal is vaak een verkorte en precieze vorm van communiceren tussen vakgenoten.
In de ICT en computertechnologie wemelt het van de vaktermen, waar betrokkenen een compleet beeld bij hebben en de achtergrond van kennen. Buitenstaanders snappen er niets van. Dat is geen kwestie van onduidelijk taalgebruik, dat is effectief, efficiënt en nuttig vakjargon.
Zintuigelijk begrijpen
Mijn zoon studeert bijvoorbeeld af op ‘Vergelijking tussen software en hardware AES bij deep learning SCA’. Wat dat betekent? “Als ik je dat ga uitleggen moet je eerst mijn hele studie volgen, mam.”
In de kantlijn bij een tekst van een klant vraag ik: “Is ‘ontwikkelgericht’ een vakterm waar alle betrokkenen een scherp beeld bij hebben?” Want dat ik geen idee heb wat het betekent is niet relevant. Maar als ook de betrokkenen (iedereen voor wie de tekst bedoeld is dus) het ook alleen als abstracte term zien, dan heb je een probleem. Idealiter hebben ze er een scherp beeld bij. Als het woord een zintuigelijke ervaring bij je doelgroep oproept, is het een goed woord. Dat mag dus ook een smaak, een fysiek gevoel (kou, pijn, tast), een geluid of een geur zijn.
Metaforen
In de marketing gaat het vaak over de customer journey of klantreis. Nu zijn reizen een normale en goed toepasbare metafoor. Wie mij al een tijdje volgt weet dat ik het vaak de ‘rode loper’ noem. Allemaal woorden om aan te geven dat klanten een virtuele reis maken van het eerste contact (bijvoorbeeld een post op social media) tot op het moment dat ze een vaste relatie met je organisatie hebben. Metaforen maken een tekst begrijpelijker en deze metafoor werkt heel goed. Vaktaal die ook buiten het vak te begrijpen is, maar desondanks door Japke-d. op de hak wordt genomen.
Te slim
Waar Japke-d. terecht tegen ageert is onbegrijpelijke taal om expres groepen buiten te sluiten of om te laten zien hoe slim je wel niet bent. Dit gebruik van vaktaal werkt averechts. Afgezien van dat het bijzonder onsympathiek is, schatten mensen de afzender van te dure taal juist heel dom in. Japke-d. en haal volgers lachen zich een kriek. En o ja, misschien begrijpt je publiek niet eens wat je bedoelt. Al zijn er politici die het daarom lijken te doen. Een bijzondere categorie bestaat uit notarissen. De meeste teksten die zij schrijven, bijvoorbeeld een testament, zijn juist voor mensen die zo’n tekst maar eens in hun leven nodig hebben (hopelijk). Maar de eerste niet-notaris (inclusief juristen familierecht en Neerlandici) die een testament helemaal begrijpt moet ik nog tegenkomen.
Expres vaag
Helaas zijn er mensen die taal gebruiken om niets te zeggen. Ja, je denkt aan politici. En ambtenaren, die hun bestaansrecht aan diezelfde politici danken. Zij hebben er baat bij om vage beloftes te doen, zodat het hen niet te verwijten is als ze die niet nakomen. Of om de kool en de geit te sparen.
Maar kennelijk ook journalisten, die bijvoorbeeld het woord ‘racisme’ niet meer durven gebruiken en bepaalde extremisten op de een of andere manier niet meer durven te veroordelen. Waar aan de ene kant het debat steeds extremer en explicieter wordt, wordt aan de andere kant de tekst steeds vager. Ik snap het niet – bang om te worden verweten dat ze partijdig zijn? Bang om voor een ’tribunaal’ te komen? Bang voor doxing: dat hun privéadres openbaar wordt en ze daarmee bedreigd worden (wat misschien wel terecht is)?
Connotatie
Greta Thunberg heeft een heel specifieke term voor expres vaag, die haar volgers meteen weten te plaatsen: “Blah blah blah.” Deze term wordt onderdeel van de groepstaal. Maar dezelfde tekst heeft een heel andere connotatie voor de fans van Armin van Buuren. Wat doe je als er zich liefhebbers van de dj onder je klmaatverontruste doelgroep bevinden? (Greta Thunberg is een klimaatactiviste die politici de maat neemt vanwege veel geschreeuw en weinig wol en Armin van Buuren is een wereldberoemde Nederlandse dj met een nummer dat ‘Blah blah blah’ heet.)
Toch niet alleen vakgenoten die het moeten begrijpen
Onuitputtelijke bron van vermaak voor Japke-d. zijn vacatureteksten. Volg haar op Twitter (@Japked) en lach mee. Maar laten vacatures nu net voor mensen uit een specifiek vakgebied zijn en niet voor iedereen. Als je iemand zoekt met kennis van deep learning SCA moet je niet eens willen dat iedereen het begrijpt. Het is veel effectiever en efficiënter om “kennis van deep learning SCA” in je vacaturetekst te noemen. Mensen met die kennis herkennen het direct.
Hoewel, vaak is het niet zo eenduidig. Soms kan een vacaturetekst iemand aanspreken die een kandidaat kent, maar zelf geen vakgenoot is. Ik krijg bijvoorbeeld zelf af en toe tips van LinkedIn-contacten. Als je totaal niet begrijpt wat voor iemand ze zoeken, triggert het ook niet om je briljante buurvrouw te tippen. Maar dat wil nog niet zeggen dat de hele vacaturetekst voor iedereen te begrijpen hoeft te zijn. Kortom: weet wie je doelgroep is. Ik hecht eraan dit verschil te benoemen.
Eigen bubbel begrijpt het wel
Zelf was ik stomverbaasd toen mijn lief niet begreep dat een mindmap niets met mindfulness te maken had. Of mede-ondernemers die niet weten wat ik met ‘business to business’ bedoel (ook wel ‘B2B’: bedrijven die producten en diensten verkopen aan bedrijven, en dus niet aan consumenten, want dat heet ‘business to customer’ of ‘B2C’). En zelfs ‘jargon’ blijkt vaktaal te zijn (jargon betekent vaktaal).
Goede interviewers die deskundigen interviewen kunnen soms heel subtiel zo’n term vertalen. Zelf vind ik het prettig hoe Janine Abbring dat bij Zomergasten doet: ze heeft zich goed ingelezen en vertaalt af en toe een woord of begrip voor de kijker, soms zelfs zonder de geïnterviewde merkbaar te onderbreken.
Je doelgroep weet het het beste wat ze begrijpen
Het is best moeilijk om over je eigen vak te praten zonder vaktaal te gebruiken. In de eerste versie van mijn blogartikelen staat vaak ook vaktaal, terwijl ik ze bij uitstek voor niet-vakgenoten schrijf. Inmiddels heb ik daar een antenne voor ontwikkeld. Laat daarom altijd je teksten nalezen door een niet-vakgenoot, bij voorkeur iemand uit je doelgroep.
Kies dan niet iemand uit je klantenkring, want de spreekt al een beetje jouw vaktaal, alleen al door je diensten af te nemen. Zo weten mijn klanten en volgers allemaal wel wat ik bedoel met een tekst die in de marinade ligt, kan iemand van daarbuiten misschien wel raden wat ik ermee bedoel, maar zou ik het voor een compleet nieuw contact toch even uitleggen (een tekst die je even weglegt als je die geschreven hebt). Ook deze tekst kwak ik niet meteen na het laatste vraagteken online. De volgende dag lees je zo’n tekst weer met een fris hoofd en vallen onduidelijke zinnen, vage beschrijvingen en vaktaal sneller op. Vooral als je het hardop leest.
Ben jij ook zo goed in je vak dat niemand je meer begrijpt?